Nieuws

Nieuws

  • by:
  • maart 11, 2015
  • Category: Nieuwe versie van de Code der Plichtenleer

De dierenartsen zetten een belangrijke stap richting verantwoord antibioticagebruik


Op 1 maart is de nieuwe versie van de Code der Plichtenleer voor dierenartsen in voege getreden. De Hoge Raad van de Orde der dierenartsen wenst bijzondere aandacht te besteden aan het belang van verantwoord antibioticagebruik bij dieren, enkel indien nodig, na diagnose door de dierenarts en mits begeleidend advies van de dierenarts over het goede gebruik ervan aan de verantwoordelijke of eigenaar van de dieren. In Art. 33 bis wordt tevens verwezen naar de aanbevelingen van de OIE met betrekking tot de meest kritisch belangrijke antibiotica voor dieren- en volksgezondheid, nl. de fluoroquinolones en de cefalosporines van de derde en vierde generatie. Deze antibiotica zijn als rode, derde keuze middelen ingedeeld in de formularia van AMCRA.

Het volledige artikel luidt als volgt: 

‘In het kader van de strijd tegen de antimicrobiële resistentie, gebruikt de dierenarts antimicrobiële middelen na diagnose, op weloverwogen wijze, en enkel voor wetenschappelijk en medisch onderbouwde behandelingen. Hij geeft bij het verschaffen of voorschrijven ervan advies over het goede gebruik aan de verantwoordelijke/eigenaar van de dieren. Hij waakt er in het bijzonder over de aanbevelingen te respecteren die door de Wereld Dierengezondheidsorganisatie (OIE) worden geformuleerd inzake het gebruik van antimicrobiële middelen met een kritisch belang voor zowel de humane gezondheid als de diergezondheid (zie bijlage 6).’

Bijlage 6:‘De antimicrobiële middelen met een kritisch belang voor zowel de humane gezondheid als de diergezondheid op de lijst van de Wereld Dierengezondheidsorganisatie (OIE) zijn de fluoroquinolonesen de cefalosporines van de derde en vierde generatie.’ 

Met betrekking tot de fluoroquinolones en de 3de/4de generatie cefalosporines publiceerde de OIEin 2014 volgende aanbevelingen: 

-Niet preventief te gebruiken via voeder of water in afwezigheid van klinische symptomen bij de te behandelen dieren 

-Niet als eerstelijns behandeling toe te passen 

-Gebruik te verantwoorden aan de hand van laboratoriumtesten (bacteriologisch onderzoek, antibiogram)

-Gebruik in overeenstemming met de geldende nationale wetgeving (o.a. cascaderegelgeving)