Vacatures

De BD₁₀₀-waarden zijn gedaald in de volledige benchmarkpopulatie voor de varkens, met uitzondering van de zuigende biggen voor de periode april 2024-maart 2025 ten opzichte van januari-december 2024. Het % rode bedrijven bij gespeende biggen blijft hangen op 7,0 %; dit is echter te wijten aan de aangepaste actiewaarde van 30 die van kracht is (t.o.v. de vorige waarde 40). Ook bij vleeskippen, leghennen en vleeskalveren is er een daling te zien in de BD₁₀₀-waarden, en is er een toename in het % groene bedrijven. Zo zijn er 88,5 % en 95,6 % van de vleeskippen- en leghennenbedrijven in de groene zone. Voor vleeskalveren situeren 69,1% van de bedrijven zich in de groene zone.

De nieuwe Sanitel-Med ‘Barometer’ toont naast de gebruikelijke diersoorten en -categorieën varkens, vleeskippen, leghennen en vleeskalveren voor de derde maal ook de gebruiksresultaten voor alle categorieën kip en kalkoen, voor melk- en vleesvee. Voor deze categorieën werden nog geen reductiepaden opgesteld, maar kunnen wel de BD₁₀₀-percentielen gevolgd worden.

Zowel bij runderen als bij varkens weegt het AB-gebruik in de rode diercategorieën sterk door in het totale gebruik in deze sectoren. Op 8,8% van de varkensbedrijven die minstens één rode diercategorie hebben, wordt 10,9 ton (= 21,3%) van het totale gebruik bij varkens in de rode diercategorieën gebruikt. Het is erg opvallend dat bij de runderen het grootste deel van de gebruikte tonnen zich bij rode diercategorieën situeert. Dit illustreert dat de rundveesector nog aan het begin staat van hun reductie staan, terwijl de andere sectoren al meerdere jaren werk maken van een verminderd AB-gebruik. Een klein deel rundveebedrijven met het hoogste aantal behandeldagen is verantwoordelijk voor bijna de helft van alle gebruikte tonnen in de rundvee. Voor de rundveesector hebben 32,5% van de bedrijven momenteel één of meerdere diercategorieën in de rode zone (boven het 90^ste percentiel).

De gebruikte kg (fluoro)quinolones is ten opzichte van de vorige Barometer gestegen bij pluimvee (44,1 kg). Er is evenwel geen toename in het % bedrijven waarop deze middelen gebruikt worden. Dit betekent dat er meer (fluoro)quinolones gebruikt worden op dezelfde pluimveebedrijven. Verder is er wel een daling in het gebruik van (fluoro)quinolones bij vleeskalveren (-4,0 kg, waarvan een daling met 3,9 kg via orale weg) en runderen (-1,1 kg daling volledig te wijten aan afname via injectie). Het percentage bedrijven dat (fluoro)quinolones gebruikt is ook gedaald in al deze diersoorten.

Het gebruik van 3^de/4^de generatie cefalosporines bedraagt 69,7 kg bij rundvee tussen april 2024 en maart 2025, wat een afname is ten opzichte van de periode januari en december 2024 (64,6 kg). Dit is bijna de helft van wat in 2024 verkocht werd aan deze actieve substanties. Het gebruik van 3^de/4^de generatie cefalosporines is hoofdzakelijk via intramammaire toediening. Het gebruik van 3^de/4^de generatie cefalosporines bij varkens blijft verwaarloosbaar klein (0, 1 kg).

Het colistinegebruik is opnieuw gedaald bij alle diersoorten: leghennen (-8,0 kg) en bij varkens (-42 kg) ten opzichte van de vorige periode, terwijl er bij vleeskalveren quasi geen gebruik van colistine wordt geregistreerd. Bij rundvee werd een totaal aantal van 49 kg geregistreerd tussen april 2024 en maart 2025, voornamelijk toegediend via orale weg, wat een lichte daling (-3,0 kg) inhoudt ten opzichte van de vorige periode.

De Barometer toont het jaarlijks totaal antibioticum (AB)-gebruik dat per diersoort geregistreerd werd in SANITEL-MED uitgedrukt in aantal ton, steeds opschuivend met een kwartaal (‘rollend kwartaal’). Naast het totaalgebruik worden er ook drie antimicrobiële families uitgelicht die een belangrijke rol spelen in de menselijke geneeskunde en in de diergeneeskunde, nl. de polymyxines (colistine) en de families met een rode AMCRA kleurcode (kritisch belangrijke antibiotica), namelijk de (fluoro)quinolones en de 3^e en 4^e generatie cefalosporines. Om een idee te geven wat het aandeel is van het AB-gebruik dat wordt geregistreerd in SANITEL-MED in het totale diergeneeskundige AB-gebruik, staat in elke figuur ter referentie het aantal ton of kg dat in 2024 volgens de BelVet-Sac data werd verkocht in België. Deze overzichtscijfers zijn niet genormaliseerd voor biomassa. De cijfers in de Barometer zijn uitgedrukt in absolute cijfers (ton, kg). Gezien de biomassa per diersoort effectief enige procenten per jaar stijgt of daalt, gelden deze cijfers niet als een referentie van het gebruik bij de verschillende diersoorten. Daarnaast wordt per diersoort en -categorie de evolutie van enkele percentielen getoond, dit geeft de verdeling van de BD₁₀₀ over de bedrijven in de benchmarkgroepen weer. Tot slot wordt ook het percentage bedrijven in de verschillende kleurzones en het totaal aantal ton antibiotica per benchmark-kleurscore getoond.